Nieuws

Een column van Aalstenaar Niels De Rudder

Het lijkt er steeds meer op dat met het Nieuw Administratief Centrum (NAC) aan de Werf in Aalst een huilbaby gebaard werd. Schreeuwend naar aandacht op de meest onmogelijke momenten. Altijd komt het ongelegen. De frustraties moeten zich ongetwijfeld opstapelen. En zoals het niet zelden bij een huilbaby het geval is, zal ook het ik-zou-het-bij-wijlen-de-nek-kunnen-omwringen NAC onze bestuurders heel wat slapeloze nachten bezorgen.


Het was tijdens zo een vervloekte nacht dat een boiler het begaf en er als gevolg daarvan 6000 liter water naar de nabij gelegen Dender stroomde. Alvorens in het Denderwater op te lossen, baande het wassende goedje zich een weg langs het plafond en onder de deuren van het gloednieuwe gebouw. De schade moet enorm zijn. De pers mocht evenwel geen beelden schieten. In het omgaan met verzekeringen moet er terecht enige voorzichtigheid aan de dag gelegd worden. Je kan je immers tegen alles verzekeren, behalve tegen verzekeringen die moeilijk doen zelf. Maar dat er geen beelden van de chaos verspreid werden, komt misschien niet ongelegen uit, want achter de hoek dreigde ook het oplopen van imagoschade, naast dat van de materiële.

En daar heeft het stadsbestuur ondertussen wel het buikje van vol. Want Oilsjt moet meer Aalst zijn en niet omgekeerd, wordt er soms geopperd. Met beelden zou het wel eens kunnen dat Aalst opnieuw door het slijk wordt gehaald, zonder sterft het voorval gegarandeerd een stille dood. Toeval of goed gespeeld. Wie zal het zeggen.


We hadden rond het NAC reeds de verhitte discussies rond de hoge huurprijs. Enkele dagen geleden kwam aan het licht dat een metershoge installatie op het dak mogelijk in strijd is met de afgeleverde bouwvergunning en nu dreigen met een 'onderwaterstand' de plannen om half januari te verhuizen in het water te vallen. Alsof Murphy met het NAC zijn verdomde wet hoogstpersoonlijk nog wat extra glans komt geven.


Ook met de zoektocht naar een nieuwe naam kwam het rood-wit-geel kopzorgenkot in het nieuws. 'Villa Alosta' werd als kanshebber getipt. Serieus blijven, hou de voetjes niet alleen op het droge maar toch vooral op de grond. Veel gekker moet het niet worden. Zo maak je van het NAC natuurlijk eigenhandig het mikpunt van spot. Voor carnavalisten die nog op zoek zijn naar een geschikt thema is dit niet minder dan een cadeau met een grote strik rond. De projecten mogen dan wel ambitieus zijn en in sneltreinvaart op elkaar volgen, aan megalomane of artificiële benamingen heeft een Aalstenaar een broertje dood. Dan wordt er al gauw op zoek gegaan naar een ludiek alternatief. Eentje dat beter bekt, waar een plaatselijk verhaal aan vast hangt en bij de eigenheid van de stad en haar inwoners past.


Misschien kunnen we het NAC voortaan als 't Nat Verdiep door het leven laten gaan. Naar analogie met het gebouw waar de Antwerpse vrienden huizen. Sommigen zullen deze unieke kans op verbondenheid ervaren als het beleven van de ultieme natte droom. Bovendien, zonder in detail te treden, kan je met de invulling van het begrip hier in Aalst nog andere kanten uit. Er moet niet per se één historische gebeurtenis op geplakt worden. Soit, de herkomst van de benaming 't Nat Verdiep is aan de kinderen en kleinkinderen gemakkelijk uit te leggen. In dat ene geval wel wachten tot ze een beetje op leeftijd zijn natuurlijk.


Ach, het is slechts een vleugje kolder die een voorzichtig lachje op het getrokken gezicht tovert. Meer niet. Het is een welgekomen geschenk in tijden van angst en onzekerheid. Want we snakken met z'n allen naar verademing. Even niet moeten beven. Een beetje humor om de spanning te breken, om de lont uit het vuur te halen of om het stressveld te ontmijnen. Het is op die momenten dat Aalst gerust wat meer Oilsjt mag zijn en niet omgekeerd.